Directie Financiële Markten

 

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 'S-GRAVENHAGE
 

 

   

Datum
Uw brief (Kenmerk)
Ons kenmerk
26 september 2008
FM/2008/2232 M
   
Onderwerp
Advisering banksparen

 

Geachte voorzitter,

Bijgaand stuur ik u de antwoorden op de vragen van leden Vos, Depla en Blok over advisering banksparen.

Hoogachtend,

De minister van Financiën,

 

Wouter Bos

Bijlage

2008Z01727 /2070828880
Vragen van de leden Vos, Depla (beiden PvdA) en Blok (VVD) aan de minister van Financiën over het niet adviseren van banksparen. (Ingezonden 5 september 2008)

1 Bent u bekend met het bericht dat hypotheekadviseurs banksparen niet adviseren omdat de provisie te laag zou zijn? 1)

Ja.

2 Deelt u de mening van de Vereniging Eigen Huis (VEH) dat de oorzaak van de niet passende adviezen gezocht moet worden in de provisiestructuur? Zo neen, waarom niet?

Nee. Niet passende advisering kan voortvloeien uit meer dan één oorzaak. Prikkels voor de adviseur voortkomend uit provisies is daar zeker een belangrijke van. Welke oorzaak er echter ook aan ten grondslag ligt, niet passende advisering is onwenselijk en niet toegestaan gezien de zorgplicht die een tussenpersoon heeft.

3 Wat is uw verklaring voor het feit dat intermediairs, ondanks de onderzoeken van de Autoriteit Financiële Markten (AFM), ondanks de wetgeving over financiële dienstverlening en de ophef over ‘woekerpolissen’, nog steeds adviezen worden gegeven die niet goed zijn voor de financiële consument?

Het onderzoek naar de hypotheekadvisering van de AFM is eind vorig jaar gepubliceerd. De financiële dienstverleners hebben een jaar de tijd gekregen daar waar nodig hun advisering te verbeteren. De AFM zal volgend jaar een nieuwe meting doen om vast te stellen welk effect nieuwe maatregelen en onderzoeken hebben gehad. Wij hebben op dit moment geen aanwijzingen dat financieel dienstverleners daar niet serieus genoeg mee omgaan. Dat banksparen mogelijk niet (altijd) wordt meegenomen in de advisering hoeft overigens nog niet te betekenen dat er geen passend advies is gegeven.

4 Ziet u aanleiding om meer maatregelen te nemen om de advisering aan de financiële consument te verbeteren?

Ik heb een pakket maatregelen in voorbereiding dat er op gericht is de markt voor advisering te verbeteren. Hierin zitten maatregelen over provisietransparantie en bonusprovisies die van invloed zullen zijn op de advisering door tussenpersonen door prikkels voor tussenpersonen inzichtelijk te maken, respectievelijk voor een belangrijk deel uit te schakelen. Ik heb u hierover in mijn brief van 12 september jl. geïnformeerd. Ik denk dat dit een zwaar pakket is, en ik zie daarom voorlopig geen aanleiding om aanvullende maatregelen te nemen.

5 Heeft u informatie over de mate waarin en wijze waarop banken zelf banksparen adviseren als hypotheekvorm en pensioenvoorziening?

Naar het zich laat aanzien is er sprake van een groeiende beschikbaarheid van bankspaarproducten, maar nog niet alle banken bieden dit soort product aan. De periode dat er bankspaarproducten worden aangeboden, is echter nog te kort om hierover met zekerheid uitspraken te doen.