Aanpassing van enige beleidsbesluiten in verband met de euro

Belastingdienst/Centrum voor proces en productontwikkeling

Besluit van 6 december 2001, nr. CPP2001/3435M

De directeur-generaal Belastingdienst heeft namens de staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.


1. Inleiding

In verband met de vervanging van de gulden door de euro zijn een aantal beleidsbesluiten aangepast. Voor enkele besluiten geldt dat het voornemen bestaat om die besluiten binnen afzienbare tijd ook inhoudelijk te wijzigen.
Om te voorkomen dat in de tussentijd onzekerheid bestaat over de omrekening van guldenbedragen is in dit besluit voor die besluiten alleen de aanpassing aan de euro geregeld.

Het gaat om de volgende besluiten:
I. Omzetbelasting. Toelichting bij de wet omzetbelasting.
II. Omzetbelasting. BTW 113 Toelichting landbouwregeling.
III. Omzetbelasting. Voorschrift tabel I.
IV. Omzetbelasting. Voorschrift in- en uitvoer § 5 (grens reisbagage).
V. Loonbelasting. Ambtelijke 5%-ziektekostenregelingen.
VI. Algemene wet inzake rijksbelastingen. Vragen en antwoorden heffingsrente.
VII. Algemene wet inzake rijksbelastingen. Ambtshalve verlenen van verminderingen.
VIII. Algemene wet inzake rijksbelastingen. Voorschrift informatieverstrekking 1993.


2. Besluiten

I. Omzetbelasting. Toelichting bij de wet omzetbelasting (OB-BTW 18)

Besluit van 8 november 1968, nr. D 68/7220 (OB/BTW 18). Bijlagen C en D, opgenomen als onderdelen C en D bij het besluit van 29 oktober 1968, nr. 120 (OB-BTW 14).

Bijlage C: Aftrek van voorbelasting
- In de voorbeelden in de paragrafen 22, 26 en 27 dient in alle gevallen voor gulden (f) te worden gelezen euro (€).
- In § 35 wordt voor f 250 (inmiddels verhoogd naar f 500) gelezen: € 227.

Bijlage D: Onroerende goederen
- In de voorbeelden in § 15, onderdeel 2, en § 23 wordt voor gulden (f) gelezen: euro (€).

II. Omzetbelasting. Toelichting landbouwregeling (BTW 113)

Besluit van 15 november 1983, nr. 283-14899, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 23 november 1995, nr. VB 95/3692.
- In de voorbeelden in § 34, § 48, § 49, § 50 en § 54 vervalt de valuta-aanduiding (f).
- In de modellen, opgenomen in de bijlagen I, II en III, wordt voor gulden (f) gelezen: euro (€).

III. Omzetbelasting. Voorschrift tabel I

Besluit van 1 februari 1994, nr. VB 93/3553, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 14 februari 2001, nr. CPP 2001/397M.
- In onderdeel 3, samengestelde prestaties, § 1.4, candy novelties, wordt voor f 7,50 gelezen: € 3,40.
- In post a 48, § 4, bloemstukken, wordt voor f 15 gelezen: € 7.
- In post b 14, § 5, wordt in het voorbeeld van reserveringskosten en provisie voor gulden (f) gelezen: euro (€).

IV. Omzetbelasting. Voorschrift in- en uitvoer § 5 (grens reisbagage)

Besluit van 1 augustus 1994, nr. VB 94/2257, gewijzigd bij besluit van 12 december 1994, VB94/3979.
- In onderdeel 8, uitvoer, § 5, ontheffing van belasting voor reizigers, wordt voor f 300 gelezen: € 136.

V. Loonbelasting. Ambtelijke 5%-ziektekostenregelingen

Besluit van 20 juni 1979, nr. 278-23214, met bijlage (BLB 1.04.02) over de heffing van loonbelasting met betrekking tot ambtelijke 5%-ziektekostenregelingen.
- In de onderdelen 3 en 4 en in de bijlage wordt voor f 30 gelezen: € 14.
- In de bijlage wordt voor f 1,25 gelezen: € 0,57.
- In de bijlage wordt voor f 12,75 gelezen € 5,79.

VI. Algemene wet inzake rijksbelastingen. Vragen en antwoorden heffingsrente

Besluit van 17 februari 1995, nr. DGM/DOZ 225DGM5.
- In casus 2 wordt voor respectievelijk f 30.000 en f 300.000 gelezen € 15.000 en € 150.000.
- In het antwoord op vraag 5, dient in alle gevallen voor gulden (f) te worden gelezen euro (€).

VII. Algemene wet inzake rijksbelastingen. Ambtshalve verlenen van verminderingen

Besluit van 25 maart 1991, nr. DB 89/735 zoals laatstelijk gewijzigd bij besluit van 3 juni 1996, nr. AFZ96/1125M
- In de voorbeelden bij de paragrafen 1, wordt voor f 15 gelezen € 7.
- In paragraaf 2 onderdeel c wordt voor respectievelijk f 10, f 25, f 250 en f 1.000, gelezen € 5, € 11, € 113 en € 454.
- In de toelichting bij paragraaf 2.2 wordt voor respectievelijk f 25, f 60, f 250 en f 470, gelezen € 11, € 27, € 113 en € 213.
- In de voorbeelden bij paragraaf 2.2 wordt voor respectievelijk f 25, f 60, f 80, f 100, f 180, f 200, f 220, f 240, f 250, f 260, f 300 en f 720, gelezen € 11, € 27, € 36, € 45, € 81, € 90, € 99, € 108, € 113, € 117, € 136 en € 324.
- In het voorbeeld bij paragraaf 3.2 wordt voor respectievelijk f 3.750, f 10.000, f 15.000 en f 25.000, gelezen € 1.701, € 4.538, € 6.806 en € 11.344.
- In de paragrafen 5 en 7 wordt voor f 1.000, gelezen € 454.
- In de voorbeelden bij paragraaf 8 wordt voor respectievelijk f 150, f 200, f 350 gelezen € 45, € 90 en € 158.

VIII. Algemene wet inzake rijksbelastingen. Voorschrift informatieverstrekking 1993

Besluit van 14 december 1992, nr. AFZ92/9318 zoals laatstelijk gewijzigd bij besluit van 1 december 1998, nr. AFZ98/3534N.
- In paragraaf 6.3.3. onderdeel 2 wordt voor f 50.000 gelezen € 22.689.


3. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2002.