Archief november 2018

 

Nieuwsarchief

Nieuwsarchief november 2018

17 november 2017
Het wetsvoorstel ‘Belastingplan 2019’ (TK 35.026, nr. 2H) is op 15 november 2018 aangenomen door de Tweede Kamer. Het gewijzigde wetsvoorstel is vandaag op deze webiste geplaatst. Genoemd wetsvoorstel maakt deel uit van het pakket Belastingplan 2019 en bevat onder meer maatregelen inzake de codificatie van de compartimenteringsregel bij het opleggen van conserverende aanslagen bij emigratie als men een lijfrente bezit. De plenaire behandeling van het wetsvoorstel door de Eerste Kamer, gezamenlijk met de andere wetsvoorstellen van het pakket Belastingplan 2019, vond plaats op 11 december 2018. De stemmingen over het voorstel en over de moties vinden plaats op 18 december 2018. Op maandag 19 november 2018 werd voor de commissie door medewerkers van het ministerie van Financiën een technische briefing over het wetsvoorstel verzorgd.
De kamerstukken met betrekking tot het wetsvoorstel zijn direct te downloaden via
de wetsvoorstellenpagina van deze site.

Bron: www.eerstekamer.nl

4 november 2018
Op 26 oktober 2018 is de nota naar aanleiding van het verslag inzake het wetsvoorstel ‘Belastingplan 2019’ (Kamerstukken II, 2018–2019, 35 026, nr. 13) opgemaakt. In de nota wordt een verduidelijking gegeven inzake de codificatie van de compartimenteringsregel bij het opleggen van een conserverende aanslag ingeval men emigreert en in het bezit is van een aanspraak op een lijfrente en/of pensioen. De verduidelijking op de compartimenteringsregel is uitgewerkt op bladzijden 49 tot en met 51 van de nota naar aanleiding van het verslag.
De kamerstukken met betrekking tot het wetsvoorstel zijn direct te downloaden via
de wetsvoorstellenpagina van deze site.

Bron: www.eerstekamer.nl

4 november 2018
Vanaf 2022 wordt de AOW-leeftijd vanaf 2022 automatisch aangepast aan de levensverwachting op 65-jarige leeftijd. Eventuele verhoging wordt vijf jaar van te voren aangekondigd. Voor 2024 stijgt de AOW-leeftijd niet. De levensverwachting stijgt weliswaar enigszins in 2024, maar niet zoveel dat de AOW-leeftijd moet worden aangepast. Afgelopen jaren werd de AOW-leeftijd in 2022 en 2023 vastgesteld op 67 jaar en drie maanden. De levensverwachting blijft op langere termijn wel stijgen, maar de stijging verloopt niet gelijkmatig. In zijn brief van 1 november 2028 (kenmerk 2018-0000161861) heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid meegedeeld dat de AOW-leeftijd in 2024 niet omhoog gaat. In 2024 hebben mensen recht op AOW met 67 jaar en drie maanden. Daarmee blijft de AOW-leeftijd gelijk in 2022, 2023 en 2024. Dat de AOW-leeftijd voor 2024 gelijk blijft is door de minister vastgesteld op basis van de jaarlijkse raming van de levensverwachting door het CBS en een wettelijk vastgelegde formule voor de vaststelling van de AOW-leeftijd. De AOW-leeftijd is van belang voor diverse leeftijdsgerelateerde fiscale regelingen van de Wet IB 2001, zoals de (levenslange en tijdelijke) oudedagslijfrente, de jaarruimte, de stakingslijfrente en de nettolijfrente in box 3.
Een compleet overzicht met de voor de praktijk relevante AOW-leeftijden is direct te downloaden via de cijfers en overzichtenpagina van deze site.

Bron: https://www.rijksoverheid.nl/documenten

3 november 2018
Op 22 februari 2018 heeft het Hof Den Bosch uitspraak gedaan in een procedure waarbij in geschil was of de belanghebbende in kwestie recht had op aftrek van uitgaven voor inkomensvoorzieningen (kenmerk 16/03956). Uitgaven voor inkomensvoorzieningen komen onder voorwaarden in aanmerking voor aftrek. De voorwaarden voor aftrek zijn opgenomen in de Wet IB 2001. Artikel 3.127 van die wet bepaalt dat een belastingplichtige lijfrentepremies kan aftrekken ingeval sprake is van een pensioentekort. Volgens het hof heeft belanghebbende niet aannemelijk gemaakt dat sprake is van een dergelijk pensioentekort; hij overlegde daartoe geen stukken. Bovendien heeft hij ook geen betaalbewijzen verstrekt waaruit blijkt dat er in het in geschil zijnde jaar lijfrentepremies zijn betaald. Het hof is van oordeel dat de belanghebbende niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij recht heeft op aftrek van uitgaven voor inkomensvoorzieningen. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaard met toepassing van artikel 80a RO. Het arrest van 21 september 2018 (kenmerk 18/01441) is op dezelfde dag gepubliceerd.
De volledige uitspraak is direct te downloaden van de rechtspraakpagina IB niet-winst van deze website.

Bron: www.rechtspraak.nl

In deze rubriek zijn de oude nieuwsberichten op levensverzekeringsgebied opgenomen van november 2018.